woensdag 10 december 2008

O jee nr. 1 tot 10: de confrontatie met de Jo’burg noordzuidverhoudingen

Vrijdag was iedereen op, stikkapot, afgebeuld, dood. Tijd voor ontspanning. We hadden het verdiend. Barbara (dans), Femke en Joana (kostuum), Kike en Tijl (muziek), Jaak (drama) en Junior (parade voor en na de workshops en eindregie) hadden elke dag gigantisch veel volk gehad in hun workshops; Nadia (logistiek) had tig keer van hier naar ginder (en terug) gelopen om o.a. het vervoer voor iedereen te regelen; Ignace en ik leken wel met het fornuis vergroeid en waren compleet afwas- , shopping- en broodjes-smeren-moe; en Orlando, Kristel en Lot, de filmploeg, geraakten bedolven onder de tapes die nog allemaal gevisioneerd en gemonteerd moesten worden. En dan vergeet ik nog dat iedereen geregeld bijsprong waar nodig. Iedereen zat er zo door dat een vrij weekend meer dan welkom was.

Na een slopende en emotionele evaluatievergadering en na veel vijven en zessen besloten we om de auto en een busje te nemen naar een ‘hip’ wijkje, of beter: één straat, die Melville heet. Na uitvoerig, vermoeid en moeizaam onderhandelen met de locale taxichauffeurs (wij zijn blank oftewel ‘mulungu’, ergo: we hebben centen) konden we vertrekken, 5 man in de rent-a-wreck, en 8 in de minivan. Melville bleek een soort Sunset Strip te zijn of –dichter bij huis- de Suikerrui, maar dan chiquer en met meer disco’tjes, cafeetjes en restaurantjes… ;-) Melville ligt buiten Soweto en dat merk je. Het is vrij mondain en vooral: hier mengen blank en zwart zich. Maar het blijft een uitgaansbuurt en de occasionele ‘aflap’ onder dronken klanten en met portiers met jeukende vuisten moet je erbij nemen. Maar dat was niet aan ons besteed, we keerden na het diner braafjes en al wat meer ontspannen naar ‘huis’ terug.

De weekendplanning zag er op z’n zachtst gezegd vrij oningevuld uit. Kortom, we waren gewoon te tam (of te druk bezig) geweest om er mee bezig te zijn. Junior, Femke en Orlando moesten we missen: zij waren wel van dienst en moesten nog een tandje bijsteken: er moest zaterdag nog veel geregeld worden in Durban, een zware onderneming zo bleek achteraf. Zeker voor Femke die, hoewel dolblij dat ze de Indische oceaan had gezien, nadien gewoon niet op haar kamer kon want –oeps- we hadden de sleutel mee… We hadden toen nog niet gedacht dat we heel het weekend weg zouden zijn…

De rest klauterde zaterdag tegen de middag weer in een taxibusje maar deze keer in eentje van het public transport à rato van 8 rand p.p.(1 euro is ongeveer 13 rand nu). We lieten ons naar The Market Theatre, de artistieke buurt van Jo’burg, voeren. Na het kopen van onnodige petjes, hoedjes en kettinkjes ploften we neer op een terrasje. O jee, kon dit wel, gewoon de doorsneetoerist uithangen?

Maar het werd ‘erger’: de 10 geëngageerde maar ook afgepeigerde mulungu’s kregen het voorstel om naar een ‘braai’ (een bbq) te gaan bij ‘rijke’ vrienden (van Ignace). Voor we het goed en wel beseften stopten er twee luxewagens voor onze neus om ons op te halen. O jee nr. 2. De Mercedessen (één blanke versie en één zwarte ;-) reden zowaar een gated community binnen in de chique heuvels ten noorden van Jo’burg (o jee nr. 3). Joe en zijn vrouw Kwena, geflankeerd door hun vrienden Ashley en James, bleken succesvolle (zwarte) nouveaux riches te zijn die ons uiterst gastvrij ontvingen in een luxevilla met alles erop en eraan (flatscreens, zwembad, patio, cocktail bar, etc.). En er werd ons een bed aangeboden, “it was no problem at all…” Maar we kregen allemaal een heel dubbel gevoel bij dit soort luxe: o jee, wat doen we hier? En kan dit wel? Ja, dit was ons enige vrije weekend en ja, we waren vrij en nee, we gaven geen geld uit en al zeker niks van de projectsubsidies. Maar toch…

Okee, een dagje ertussenuit kon wel. Eentje. En we konden onze welbespraakte en entertainende gastheren toch niet beledigen? Ze waren duidelijk blij met onze komst, deelden heel charmant hun luxe en… zouden ons niet zomaar laten gaan. Na een –toegegeven- heerlijke nacht op een deftige matras (enkel Tijl werd regelmatig gewekt door het gesnurk van de rest van de venten – sorry, Tijltje) kregen we een heerlijk zondags ontbijt voorgeschoteld en begon het zwembad zwaar naar ons te lonken. “James will bring you back later, guys. How about a fish braai today?” – “Euh… well…”. Nee zeggen was geen optie. Dag twee in de villa werd een zonnige zwemdag vol schuldgevoel en ‘heimwee’ naar Soweto. Konden we niet beter filmpjes monteren of de volgende week voorbereiden of tenminste naar het Apartheidsmuseum gaan?

Dat laatste deden Junior, Orlando en Femke samen met Nadia en Jaak, die hen na het zware dagje Durban hadden opgehaald, wél. En wij, we hadden last van de confrontatie met onszelf en de twee contrasterende werkelijkheden die in onze hoofden rondtolden: daags voordien zitten we in het arme Soweto, ten zuiden van Jo’burg, met overal nog z’n ‘squatter camps’ waar krakkemikkige huisjes worden bijeengehouden door golfplaten en de ‘riolering’ in het midden van de niet-bestaande straat ligt. En in het weekend gaan we in de noordelijke heuvels… aan het zwembad liggen? Dat wringt. Dat Zuid- en Noord-Johannesburg zo kunnen verschillen, wísten we wel, maar dat was nog niet zo emotioneel tot ons doorgedrongen. Maar een betere confrontatie met het verschil tussen arm en rijk in en rondom deze ingewikkelde megastad konden we eigenlijk niet krijgen. We kregen in feite ook les: de geschiedenis ná apartheid is nog heel ‘jong’ en tot voor ’94 waren Joe en z’n vrienden gewoon nog tweederangsburgers. En we kunnen alleen maar respect opbrengen dat zij zich opgewerkt hebben. Kunnen wij begrijpen dat zij niet meer elke dag de confrontatie willen aangaan met de (zeer vele) minder gefortuneerden? That too is South Africa. Maar wij bekijken dat natuurlijk vooral met Westerse, sociaal-geëngageerde ogen.

Eenzelfde confrontatie had Ignace voordien al meegemaakt bij andere, nog rijkere vrienden. Op een kinderfeest werd de overvloed van de gastheren decadent geëtaleerd door ijs- en popcornmachines, springkastelen, een teleferiek en schuimzwembaden. En toen er een voetbalmatch georganiseerd werd tussen het (zwarte) personeel en de (blanke) gasten en het personeel in de minderheid bleek te zijn, besloot Ignace met de zwarte ploeg mee te spelen. En dat kon niet… it was just not done. Voornamelijk de kinderen wezen hem er op dat hij naar de verkeerde kant speelde!

Zuid-Afrika waar zwarten die het gemaakt hebben zelf geen voet (meer) in Soweto zetten. Zuid-Afrika, waar bedrijven volgens Junior verplicht zijn om 30% van hun winsten te schenken aan sociale projecten. Zuid-Afrika, land van contrasten.

Geen opmerkingen: